Een maandag van een gepensioneerde boer
Ik sta altijd om kwart voor zeven op, verzorg het ontbijt, wacht tot Gerie, m’n vrouw naar beneden komt en dan eten we gezellig samen. En om kwart voor acht stap ik op de fiets en ga naar de boerderij van mijn zoon Jan.
Wanneer ik op de boerderij aankom vraag ik, zoals altijd: “Geen bijzonders?” En dan kan ik aan het gezicht van Jan al zien of alles oké is. Gelukkig! Dan kan ik de paarden en veulens gaan voeren die in deze tijd van het jaar ‘snachts op stal staan. Daarna moeten de 95 melkkoeien de wei weer in. Dit is best een klus, want je moet er niet te dicht achter lopen, want ze willen de staart nogal eens lihcten, wat soms uitloopt op een besmeurde overall. Wanneer de koeien weer in de wei staan ga ik wat schrikdraad paaltjes plaatsen of verzetten, zodat het vee in de wei blijft.
Vervolgens heb ik de paarden in de wei gedaan en de stallen uitgemest. Als dat gedaan is, komt het rustpunt en dat is koffiedrinken. Het is ook het punt om nieuws uit te wisselen en de dag door te spreken. Na de koffie heb ik de ligplaatsen in de stal geharkt en mestvrij gemaakt en wat ik niet moet vergeten te vermelden is dat ik ook de kippen verzorg.
De tijd schrijdt ook door en zo wordt het weer tijd voor de warme hap.
’s Middags heb ik onkruid gewied bij de Bed & Breakfast, iets wat ook altijd terugkomt.
Tegen half vier wordt het weer tijd voor koffie en daarna heb ik de koeien weer opgehaald om te worden gemolken.
Na nog wat kalfjes van drinken te hebben voorzien liep mijn dag wat ten einde en ben ik weer naar de nieuwbouw gegaan.
Mijn werkdag zit er weer op, maar ik ben toch wel dankbaar dat ik nog gezond ben en dat allemaal nog kan doen.
Jaap Vonk
(Jaap van Jan van Jouk)