Nee, een inwoner van Goudriaan ben ik niet. Maar toch voel ik me meer dan gemiddeld verbonden met dit mooie Alblasserwaardse dorp. Mijn hele werkzame leven kom ik vrijwel elke werkdag naar de Zuidzijde 131, om daar mijn vertrouwde plek achter de computers van Het Kontakt in te nemen.
Die dagen beginnen over het algemeen vroeg. In de verdeling ochtendmens-avondmens val ik zonder enige twijfel in de eerste categorie. Tussen grofweg zeven uur en half acht stuur ik mijn bolide naar rechts om af te slaan van de N216. Langs het tankstation en ’t Raadhuis kom ik bij de brug die naar de splitsing van de Zuidzijde en de Noordzijde voert. Ik kijk altijd even naar links; foto’s van molens maken is één van mijn ‘guilty pleasures’ en de Goudriaanse molen is een meer dan geschikt fotomodel.
Op weg naar het pand van De Groot Drukkerij en Het Kontakt kom ik vaak dezelfde mensen tegen. Goede voorbeelden: Barend den Ouden die zijn hond uitlaat en een medewerker van Autobedrijf Roest die, terwijl hij een ‘shekkie’ rolt, op weg is naar zijn werk. Eenmaal aangekomen installeer ik me achter mijn laptop en tweede scherm, werk mijn mailbox bij en ga aan de slag met interviews die ik nog uit moet werken. Juist die eerste één, anderhalf uur vind ik heerlijk. Geen telefoons die rinkelen, geen collega’s die me herinneren aan deadlines waar ik liever niet aan herinnerd wil worden; de arbeidsproductiviteit ligt dan op zijn hoogst.
In de loop van de dag ga ik er meestal één of twee keer op uit voor interviews en/of het maken van foto’s. Ook staan er vaak overleggen op de agenda. Naast mijn werk als journalist en fotograaf ben ik bladenmanager en coördineer ik meerdere magazines die onder de vlag van Kontakt Mediapartners worden uitgegeven.
Tussen de middag is het vaste prik om even de benen te strekken. En dat is zeker een moment waarop ik dankbaar ben om in Goudriaan te werken. Het wandelrondje in de richting van Noordeloos, waarbij we halverwege een brugje overgaan om via de Noordzijde terug te keren, kan zo in elke wandelroute opgenomen worden. De enige dissonant is af en toe een iets te gehaaste wielrenner.
Meestal keer ik rond een uur of drie, half vier weer thuiswaarts. Terug naar dat andere mooie dorp in de Alblasserwaard: Oud-Alblas.